De tachtigste editie van het Danïel Noteboomtoernooi werd gisteren gewonnen door Casper Schoppen van het organiserende Leidsch Schaakgenootschap (LSG). In totaal deden er 334 schakers mee met het toernooi, waaronder vier grootheden van weleer. Zij vochten onderling een strijd uit tijdens ‘De Oude Meesters 4-kamp’. Dat toernooi werd gewonnen door LSG-speler Pedrag Nikolic.
De andere drie Oude Meesters waren Anatoli Karpov (68), Jan Timman (68) en Robert Hübner (71). Karpov was tussen 1975 en 1985 wereldkampioen en Timman en Hübner behoorden tot zijn voornaamste belagers. Tijdens het toernooi was er vanuit het publiek veel aandacht voor de Oude Meesters, die hun partijen in een aparte zaal speelden en na afloop zelf commentaar gaven op de gespeelde wedstrijden.
Reanne van Kleef sprak met grootmeesters Jan Timman en Pedrag Nikolic.
Winnaar Nikolic heeft in zijn jeugd altijd opgekeken tegen de heren die nu zijn tegenstanders waren. De vijfvoudig winnaar van het Leidse hoofdtoernooi was dan ook erg trots op zijn overwinning. “Dit is echt een eer. Ik ben een beetje jonger dan deze legendes. Toen ik twintig was, waren zij op hun dertigste al absolute topspelers. Inmiddels zijn de verschillen wat kleiner geworden en het is heel mooi om hier tegen elkaar te spelen. Misschien werkt mijn leeftijd nu zelfs in mijn voordeel, ik ben toch tien jaar jonger en kon daardoor misschien net iets beter de concentratie vasthouden.”
Timman over het toernooi: “Het is een soort van reünie. Je probeert je best te doen en goed te spelen. Dat is me niet helemaal gelukt. Ik ben helaas laatste geworden, maar ik had in de eerste partij gewoon van Karpov moeten winnen”, blikt hij terug op de partij tegen de grootmeester waartegen hij in het verleden meerdere keren om de wereldtitel heeft gestreden. “We hebben al ongelooflijk vaak tegen elkaar gespeeld. Ik geloof al 95 klassieke partijen en nog een heleboel snelschaakpartijen.”
Computergeneratie
Eén van de onderwerpen die aan de orde kwam toen het publiek vragen kon stellen aan de grootmeesters, was het verschil tussen het schaken in hun toptijd en het hedendaagse schaken. Timman: “De generatie van nu is echt een computergeneratie. Ik vind het trouwens erg leuk om tegen mensen van de nieuwe generatie te spelen, om te kijken hoe die krachtmeting verloopt.”
Droom die uitkomt
Voor toernooidirecteur Rudy van Wessel was De Oude Meesters 4-kamp een droom die uitkwam. “Als tiener hebben deze heren grote indruk op mij gemaakt. Het is heel bijzonder dat ik ze nu naar het Noteboomtoernooi heb kunnen halen. Ze vond het leuk om deel te nemen.”
De lat voor het volgende Noteboomtoernooi ligt inmiddels erg hoor. Zes jaar geleden werd het oudste weekendtoernooi van Nederland nog afgewerkt in een middelbare school. Van Wessel: “Veel van dit soort toernooien worden in de anonimiteit gespeelt. Met het 75-jarig bestaan van het toernooi zijn we verhuisd naar Corpus en sindsdien zijn we verknocht geraakt aan een luxere setting. Hier in het Fletcher Hotel hebben we nu een prachtige locatie gevonden die erg geschikt is voor de sport.”
Of er over vijf jaar weer een nieuwe Oude Meesters 4-kamp wordt georganiseerd betwijfelt Van Wessel. “Wie weet. Maar ik hou ervan om te variëren en ik wil niet in oude gewoontes vervallen. Zolang ik toernooidirecteur ben doe ik mijn best om grote namen naar het toernooi te halen zodat veel mensen in Leiden en Nederland willen komen kijken en natuurlijk meedoen.”
Toernooidirecteur Rudy van Wessel over het tachtigste Noteboomtoernooi.
