Voordat in maart 2017 officieel kon worden begonnen met de bouw van De Lorentz, dat is de nieuwbouw tegenover station Leiden Centraal op de hoek van de Stationsweg en de Schipholweg, heeft de gemeente voor ruim een ton aan onderzoeken uit laten voeren naar mogelijke explosieven in de bodem van het te bebouwen perceel. De omgeving van Leiden Centraal is een zogeheten ‘verdacht gebied’ waar het gaat om niet gesprongen explosieven (NGE). In de Tweede Wereldoorlog is het gebied rond het treinspoor zwaar bestookt.
Chris de Waard in gesprek met wethouder Martine Leewis over het bommenonderzoek bij De Lorentz.
Bij het onderzoek zijn geen explosieven gevonden, maar het kostbare onderzoek naar afwerpmunitie is verplicht in verdachte gebieden. De rijksoverheid kent een regeling waarbij een gemeente zeventig procent van de gemaakte kosten kan declareren. Dat heeft Leiden nu alsnog gedaan. Via dat beroep op de ‘bommenregeling’ zal dus binnenkort ruim 70.000 euro op de gemeentelijke bankrekening worden bijgeschreven.
2 reacties
Correctie op het artikel. Dat gebied is helemaal niet zwaar bestookt. Zelfs buitengewoon licht als je het vergelijkt met andere steden en knooppunten. Welgeteld drie aanvalsvluchten (10-12 december 1944) en steeds met lichte vliegtuigen. De bommen kwamen overal terecht overigens en gezien het feit dat het ging om lichte toestellen is de kans op veel blindgangers die er bovendien nu nog zouden liggen (ofwel niet eerder verwijderd) zeer gering.
Mijnheer Goossens, wat heet buitengewoon licht. Vergelijken met andere steden is uiteraard niet aan de orde, maar ruim 50 doden, veel verwoeste huizen aan Stationsweg, Haverzaklaan en in andere straten blijft toch een zeer trieste zwarte bladzijde in de Leidse WO2-geschiedenis.
Voor zover u het niet kent of niet te hebben gelezen “Gids voor Leiden in de tweede wereldoorlog”, beschreven in 650 adressen. Auteur Alphons Siebelt.