Leidse wetenschappers ontdekken aanmaakblokjes van Neanderthalers

Wetenschappers van de universiteiten Leiden en Delft hebben ontdekt dat Neanderthalers 50.000 jaar geleden, bij Pech-de-l’Azé in Zuidwest Frankrijk, al vuur maakten met aanmaakblokjes. Er werd altijd gedacht dat het donker gekleurde mineraal Mangaandioxide, enkel werd gebruikt bij grottekeningen en diende als pigment voor lichaamsdecoratie. Uit analyse van de onderzoekers is nu gebleken dat van het mineraal aanmaakblokjes werden gemaakt.

Bij opgravingen in Frankrijk zijn laats de aanmaakblokjes gevonden. Het verzamelen van Mangaandioxide zou, in plaats van houtskool en roet dat ruim voorhanden was voor decoratieve doeleinden, veel meer energie en moeite hebben gekost voor hetzelfde effect. Mangaandioxide moest dus wel een ander doeleinde hebben. De onderzoekers hebben nu ontdekt dat het mineraal uitstekend geschikt is geweest bij het ontsteken van houtvuur, doordat het de ontvlamtemperatuur sterk verlaagt.

Unieke ontdekking
Vuur maken met dit mineraal was voorheen nog onbekend. Ook bij hedendaagse jagers en verzamelaars wordt er geen Mangaandioxide gebruikt bij het maken van vuur. Het mineraal moet eerst vermalen worden voordat het kan helpen bij het maken van vuur. De wetenschappers spreken dan ook van een verassende expertise en cognitief vermogen van de Neanderthalers.

Mangaandioxide maakte het maken van vuur duizenden jaren geleden een stuk makkelijker voor de Neanderthalers.

Delen

Reageren is niet (meer) mogelijk.

Op dit moment werken we hard aan de lancering van een nieuwe website. Daarom is het tot vrijdag 20 maart 17:00 niet mogelijk om te reageren op berichten. Op onze nieuwe site voorzien we uiteraard weer in de mogelijkheid om te reageren, kijk daarvoor vanaf vrijdagmiddag 17:00 op Sleutelstad.nl. Tot dan!

Over de auteur

Je bent nu offline