De trouwzaal van het stadhuis krijgt weer een uniek kunstwerk. Het ‘Gezicht op Leiden’ van de Leidse kunstenaar Casper Faassen gaat de achterwand van de trouwzaal sieren. Daar hangt sinds 2005 een kopie van het schilderij ‘De spijziging der verloste Leidenaren’ van Pieter van Veen. Het origineel van dat schilderij is de afgelopen jaren gerestaureerd en is begin vorig jaar opgenomen in de vaste collectie van de Lakenhal.
Burgemeester Lenferink over het nieuwe schilderij dat binnen enkele weken in de trouwzaal wordt opgehangen.
De kopie begint inmiddels te vervagen en toen een jaar geleden bleek dat de klimatologische omstandigheden in het stadhuis onvoldoende waren voor het echte schilderij ging burgemeester Lenferink op zoek naar een waardig alternatief. Daar hoefde de eerste burger van Leiden overigens niet lang over na te denken. Eind 2013 presenteerden Jochem Myjer, Onno Blom en Casper Faassen hun ‘Ode aan Leiden’, bestaande uit Jochem’s lied ‘Lalala Leiden’, het sonnet ‘Vogelvlucht’ van Onno Blom en het schilderij ‘Gezicht op Leiden’ van Casper Faassen die zich liet inspireren door het ‘Zicht op Leiden‘ dat de Leidse landschapsschilder Jan van Goyen in 1650 maakte. Het stadsgezicht van Casper Faassen is een kunstwerk dat bestaat uit een foto die is afgedrukt op glas en vervolgens door Faassen is beschilderd in de stijl van de oude Hollandse meesters.
De achterwand van de Burgerzaal met de medaillons van Wilhelmina en Juliana zoals hij er in 1954 uitzag.
Dat laatste schilderij is nu door de gemeente aangeschaft en wordt over enkele weken onthuld in de trouwzaal. Voor het zover is, moeten er in die trouwzaal nog wel enkele aanpassingen gedaan worden. Het huidige schilderij is zo groot dat twee marmeren medaillons erachter zijn verdwenen. Die worden nu weer zichtbaar omdat het ‘Gezicht op Leiden’, anders dan op bovenstaande fotobewerking, kleiner is dan het huidige schilderij.
Het gaat om beeltenissen van Wilhelmina en Juliana die op 30 april 1951 werden onthuld. Toen ze in 1978 achter het enorme schilderij ‘De Spijziging der verloste Leidenaren’ verdwenen werd besloten om verderop in de Burgerzaal twee koperen afgietsels van de medaillons op te hangen. Die blijven vooralsnog hangen, maar mogelijk verdwijnen ze over enkele jaren alsnog richting Lakenhal. Als koning Willem-Alexander vijf jaar op de troon zit krijgt hij ook een medaillon in het Leidse stadhuis en daarvoor moet dan plaats gemaakt worden. Tot die tijd hangen zijn grootmoeder en overgrootmoeder dus dubbel in de zaal.
7 reacties
Medaillons van vorsten in ons stadhuis, mijn inziens buitengewoon verwerpelijk! Waarom hangen we geen medaillons van Johan van Oldenbarnevelt of de gebroeders De Witt, de slachtoffers van die zogenaamde koninklijke familie, op?
Het gaat om medaillons van twee constitutionele staatshoofden. Johan van Oldenbarnevelt en de gebroeders De Witt waren slechts gewone ambtenaren. Het gaat toch wat ver om van ambtenaren ook medaillons in de openbare ruimte op te hangen.
Gewone ambtenaren? Slachtoffers van de oranjeterreur, zult u bedoelen.
Ons bedrijf heeft ooit een prachtige tableau met troseerloden voor de trouwzaal geschonken, die is mooi foetsie
In het vervolg kijkt elk trouwpaar dus aan tegen een schilderij waarop donkere wolken zich boven hun hoofden samenpakken.
Mooi die foto, lijkt op zeer zwaar weer dus je weet wat je te wachten staat
met je toekomstige partner, lekker positief? ik hoop dat men er een bosje
bloemen bij plaats, om het geheel een beetje op sieren!
Binnenkort is trouwen alleen nog maar mogelijk via de website van de gemeente Leiden. De gemeente gaat namelijk alle persoonlijke diensverlening en ook balies in het stadhuis en stadsbouwhuis afschaffen. “Het is allemaal te duur” aldus een woordvoerder, “personeel kost geld en al die grote projecten zoals parkeergarages, verbouwing en uitbreiding van de Lakenhal, Aalmarkt, popcentrum in het verleden enz. kosten heel ook veel geld geld en de bodem van de schatkist is in zicht.” Een hoge ambtenaar: “Als ze er echt niet uitkomen, moeten mensen hulp zoeken bij familie, vrienden of buren.” De fracties in de gemeenteraad vinden dit een goede ontwikkeling. “Persoonlijke gesprekken, hulpverlening en adviezen en persoonlijke dienstverlening zijn niet meer van deze tijd. Bovendien vinden wij en veel ambtenaren contacten met burgers heel vervelend, want die willen heel vaak wat wij niet willen”, verwoordde een fractievoorzitter de veel gedeelde mening in het stadhuis onder vier ogen, “de burger moet zijn bek houden, opdonderen en doen wat wij willen.”
Zie ook:
http://www.leidschdagblad.nl/regionaal/leidenenregio/ldpolitieklive/article27696973.ece