Mocht de Leidse gemeenteraad na de verkiezingen besluiten om geen bedrijventerrein aan te leggen in de Oostvlietpolder, dan gaat dat de Sleutelstad minstens 23 miljoen euro kosten. Wethouder Witteman rekent voor dat er in dat geval 13 miljoen moet worden afgeboekt op de grondwaarde. Daarnaast houdt hij rekening met circa 8 miljoen aan (plan)schadevergoedingen. Als de raad de polder weer een agrarische bestemming zou geven daalt de grondwaarde, waardoor de grondeigenaren inkomsten mislopen. Als dat gebeurt is er de verplichting hen die schade te vergoeden.
Oostvlietpolder groen voor minstens 23 miljoen
25
Delen
25 reacties
D66 heeft dit ook allemaal uit laten rekenen. In de financiele paragraaf van ons verkiezingsprogramma kunt u nalezen dat het groen houden van de Oostvlietpolder 17.5 miljoen euro kost (vanwege het terugbrengen naar de agrarische bestemming) en 22.9 miljoen euro oplevert (vanwege de ontwikkelingskosten die Leiden dan niet hoeft te maken).
Dat is een berekening, gemaakt door deskundigen, niet door politici die de zaak de ene of de andere kant op willen draaien.
Zelfs als Marc Witteman gelijk zou hebben met z’n 23 miljoen kosten staan daar dus dezelfde opbrengsten tegenover. Dat vergeet hij er altijd even bij te zeggen.
In dat geval is er dus een financieel neutrale keuze tussen groen of industrie.
U mag het zeggen. D66 kiest voor groen!
Wat zou het wel niet kosten om de waddenzee nat te houden?
Of om 2500 ton kernafval niet gewoon in zee te dumpen
etc. etc. wat een nare man die Witteman. Dit gaat toch tegen alle fatsoen in.
Witteman aanhouden is duurder dan de Waddenzee inpolderen Hans, want droog is droog maar een wandelend lek blijft maar lopen.Laten we de Waddenzee dus maar nat laten……
Het was gewoon een stukje land, het was niet duur geweest om de grond op te kopen, als de gemeente eerst was geweest. Maar ja, men vergeet nogal eens iets, zoals dat stukje grond op de Schipholweg. Dan wordt het duur.
Beste Paul,
Jullie berekeningen kloppen niet. Wat je feitelijk zegt is dat het PRIL (het jaarlijkse Programma Ruimtelijke Investeringen Leiden) leugens bevat. Het gemeentelijk grondbedrijf zal vrij eenvoudig jullie berekening van opbrengsten onderuit kunnen halen. En dat zijn zeker deskundigen! Waarom laat je jullie redenering niet door hen doorrekenen? Via de griffie heb je daar recht op.
De grond die de gemeente de laatste jaren heeft aangekocht heeft een bedrijfsbestemming met bijbehorende (hoge) waarde. Als je die wilt veranderen in een groene bestemming (met aanzienlijk minder waarde), dan zul je dat waardeverschil moeten afboeken. In grondtermen: warme grond wordt koude grond. Dat simpele principe lijkt D66 nu volstrekt te negeren emt de bewering dat het meer opbrengt dan kost.
Het cijfer van ca. 22 miljoen komt gewoon uit het PRIL, waar ook D66 mee heeft ingestemd afgelopen zomer.
Met waardering voor de moeite die jullie hebben gedaan voor een financiele paragraaf, deze getallen kloppen niet.
We strijden gezamenlijk voor een groene polder, maar dan wel de feiten erbij. Dit kost ruim 20 miljoen en dat hebben we er voor over.
De heren Witteman en De Haan hebben gelijk, de grond in de Oostvlietpolder is goud waard. Bedrijven staan in lange rijen om er een perceel te bemachtigen en bieden daarbij tegen elkaar op. Ik heb het zelf gezien. O ja, maar dat was in een droom, er bleek slechts een nachtmerrie in de groene wei te staan.
Lijsttrekker of wethouder de Haan (CDA) bevestigt nog eens dat ook het CDA 100% tegen een groene Oostvlietpolder is. Die duidelijkheid hebben we, maar we wisten het eigenlijk al.
Voor die grondaankopen in de Oostvlietpolder en het weggooien van vele andere miljoenen is onder meer voormalig wethouder Van der Sande (VVD) verantwoordelijk. De huidige verkiezingskreet van de VVD is in dit verband hypocriet en totaal ongeloofwaardig. VVD’er Van der Sande was kampioen in het verspillen van heel veel geld. Natuurlijk met toestemming van de VVD-fractie.
D66 was in het verleden ook voor bebouwing van de polder, maar eenmaal in de oppositiezetels vindt wel eens een herijking van standpunten plaats. Bij collegedeelname weer gedraai met 180 graden?
Jan Jaap,
Laat dat nou precies zijn wat we gedaan hebben: de griffie gevraagd dit met behulp van de ambtenaren die jij noemt door te rekenen. En aldus is geschied.
Tja, dat er inmiddels behoorlijke kosten mee zijn gemoeid is geen verrassing. De Vereniging Vrienden Oostvlietpolder (VVO) heeft in het verleden herhaaldelijk hiervoor gewaarschuwd maar vond daarvoor nauwelijks gehoor.
Zie:
Russische roulette in de Oostvlietpolder
http://www.vriendenoostvlietpolder.nl/040320052e.html
en
Politiek vindt grondaankopen Oostvlietpolder ‘logisch’
http://www.vriendenoostvlietpolder.nl/15032005.html
Ook bij zittingen van de Raad van State zijn de oplopende kosten door de gemeente in het verleden al als argument gebruikt. Geen geldig argument, omdat men deze in de loop van de jaren zelf heeft gecreëerd door gewoonweg blindelings door te gaan op de ingeslagen weg en waarschuwingen te negeren.
Bovendien moet niet worden vergeten dat men in het verleden een relatief hoge prijs per vierkante meter betaalde vanwege een schadeloosstelling aan de grondeigenaren van destijds. Boskalis, het hoogheemraadschap en de Grond- en Zandexploitatiemaatschappij Rijnland kochten gronden in het verleden ooit met het idee dat er een baggerstortplaats in de Oostvlietpolder zou komen. Bij de terugverkoop eisten deze partijen enige genoegdoening, waardoor de grondprijs (15 euro per vierkante meter) vijf keer zo hoog was als de reguliere prijs voor grasland (3 euro per vierkante meter).
De instemming van Leiden met een baggerstortplaats was eind jaren negentig een gesloten deal tussen de gemeente Leiden, provincie Zuid-Holland en derden in ruil voor toestemming van de provincie voor de aanleg van een bedrijventerrein in de Oostvlietpolder. Toen voor Leiden uiterst lastig te realiseren omdat de Oostvlietpolder nog tot het Groene Hart behoorde.
Om een lang verhaal kort te maken… De VVO is na 3 maart bereid om met het nieuwe GROENE Leidse college mee te denken om een door de meerderheid van de Leidenaren gewenste groene Oostvlietpolder te realiseren.
Daar zullen ongetwijfeld kosten mee zijn gemoeid. Het zal een uitdaging worden deze kosten zoveel mogelijk te beperken. Aan de andere kant… Met alle ontwikkelingen in een stad (woningbouw, wegen, bedrijfsterreinen, etc.) zijn kosten gemoeid. Groen mag dus wat ons betreft ook wel iets kosten! Zeker als je bedenkt dat Leiden op dit punt al zo slecht scoort. Slechter nog dan Rotterdam, Amsterdam en Den Haag.
Eerst maar met z’n allen werken aan een nieuw GROEN college! Klik hiervoor op de kieswijzer Oostvlietpolder in de rechterkolom op deze website.
Beste Paul,
Bedoel je dat die berekening van de afdeling grondzaken komt? Het wordt nu wel een wonderlijk verhaal.
Als dat niet zo is, maar alleen op de griffie zelf is gerekend, dan stel ik voor de berekeningen van de griffie en van grondzaken naast elkaar te leggen. Politiek moet gaan over ideeën en niet over feiten.
Ik ga er overigens vanuit dat jullie een groene OVP ook steunen als het geld kost 😉
Jan-Jaap de Haan: "Politiek moet gaan over ideeën en niet over feiten."
Hartelijk dank voor deze onthullende verheldering.
Beste Jan-Jaap,
Uiteraard mag het groen houden ook geld kosten.
De griffie heeft in overleg met het ambtelijk apparaat gerekend. Ik neem aan met Grondzaken en niet met Communicatie of Onderwijsachterstandenbeleid. De details zou ik moeten navragen. Maar dat kunnen jullie bij het CDA ook zelf doen als je je verkiezingsprogramma (net als D66) alsnog van een financiele verantwoording gaat voorzien. Daar wacht ik nu maar eerst even op.
Nogmaals Jan-Jaap,
Je bedoelt, zoals over het idee van het CDA (en D66) dat er geen (brom)fietspad door Ons Buiten moet komen, en het feit dat het er dankzij het CDA toch komt. Omdat het verknoopt wordt met een of andere nietszeggende motie over de Oostvlietpolder.
Natuurlijk gaat het bij het CDA niet over politieke feiten, maar over politieke ideeën. Voor het CDA zijn politieke ideeën namelijk niet verdedigbaar, maar onderhandelbaar. Daarmee ruil je een fietspad door een park in tegen een grondspeculatie plan voor een natuurgebied.
Leiden is de dichtsbebouwde gemeente van Leiden. Het wordt tijd om de weinige stukjes groen die we hebben zo te laten. De leefbaarheid in de stad zou eens de prioriteit moeten worden, net als schone water, schone lucht en het behou van groen. Leegstanden bedrijfsterreinen/gebouwen eerst gebruiken voordat we gaan overwegen of we nieuwe moeten bouwen is een duurzame alternatief. Voor het belang van de leidenaren, het milieu en de dieren moeten we ons richten op de lange termijn.
Estefanía Pampín Zuidmeer
Partij voor de Dieren
@ Frits: ik bedoel hiermee te zeggen: de politieke discussie moet over de ideeën gaan, en niet alleen over hoe de feiten zitten. In dit geval dus niet alleen ‘wat kost het’, maar vooral ‘wat heb je er voor over’? Vandaar mijn suggestie en Paul om te bezien of we het verschil van inzicht in de feiten kunnen verhelderen.
Jan Jaap,
Zo moeilijk is het toch niet; D66 neemt naast de kosten ook de besparingen mee in haar berekeningen, en zo hoort het.
@ Ton: Nee, D66 heeft het over kosten en opbrengsten. De kosten zijn bijvoorbeeld planschades en daling van grondwaarde. Ik ben benieuwd wat dan de opbrengsten zijn. Nogmaals, ik wil gewoon graag weten hoe het zit, want qua koers zijn we het op dit dossier eens.
In het PRIL (dat door D66 is gesteund) staat dat als we nu met alles stoppen in de OVP, dit ca. 22 mln kost. Dat is ook om die reden gedefinieerd als het maximale netto tekort op de grondexploitatie en dat is zelfs gefinancierd. (ergo: het stoppen met de OVP is gedekt in het PRIL!). D66 levert nu een heel ander beeld, namelijk dat je door te stoppen zou kunnen verdienen. Ik zoek naar een verklaring, want dát zou betekenen dat er voor een groot deel aan middelen uit het PRIL vrijvalt om andere mooie dingen voor te doen in de stad. Vooralsnog kan ik de logica van D66 niet volgen, maar ben bereid om me er in te verdiepen.
Jan Jaap,
Het is toch gewoon het Kasboek van Jantje wat D66 hanteert, wat het je kost is min en wat je niet hoeft uit te geven is plus. Dingen vallen niet vrij uit het PRIL, net zomin als wanneer je besluit om niet op wintersport te gaan er iets vrijvalt, je geeft gewoon iets niet uit wat je eerst wel had willen doen.
Wat D66 overigens ten onrechte buiten beschouwing laat is de landschappelijke "waarde" waardoor mensen het plezierig zouden kunnen vinden om hier te (blijven) wonen afgezet tegen de netto contante waarde van de toekomstige inkomsten van de investeringen in de infrastructuur.
Tja, mijnheer De Bruin, dat zijn de externe effecten. Die vertegenwoordigen geen monetaire waarde (worden niet in geld uitgedrukt) en tellen dus niet mee. Ze passen niet in het kasboekje, zogezegd.
Er zijn wel waarderingsmethoden te bedenken en bijv. de overheid kan ergens een prijskaartje aanhangen, maar zoiets blijft vaak nogal arbitrair en subjectief. En dan krijg je politiek gedonder en gelazer.
Helemaal juist mijnheer Meier en al die subjectieve waarden worden één keer in de vier jaar bij elkaar opgeteld, op 3 maart aanstaande bijvoorbeeld.
Het blijft mensenwerk, dat wel…
Jan Jaap,
Je gaat toch hopelijk geen planschade toekennen aan lieden die nu nog grond aanbieden en de overige verkopers in het zicht van de bestemmingswijziging; speculanten hebben pech gehad dus mijn vraag hoe is die 8 mln planschade vastgesteld/berekend want ik heb goede redenen om niet al te veel vertrouwen te hebben in "schattingen" van collega Witteman?
Veel discussie en veel onduidelijkheid. Of je nu voor of tegen het ontwikkelen van het bedrijventerrein bent, het is wel handig dat we met elkaar de feiten helder hebben. Dan kunnen we het daarna gewoon over de inhoud hebben. Laat ik een poging doen om de feiten op een rijtje te zetten.
In het door de raad vastgestelde Programma Ruimtelijke Investeringen 2009 (PRIL 2009) komt de ontwikkeling van het bedrijventerrein inclusief alle risico’s op een tekort van €27,2 mln. In het PRIL 2009 hebben we dekking gevonden voor een bedrag van 21,7 mln. De cijfers van Jan-Jaap kloppen dus.
Tussen die bedragen zit een verschil van €5,5 mln. Hiervoor heeft het college een opdracht uitgezet om voor dit bedrag ‘besparingen’ te zoeken voordat we het gebied gaan ontwikkelen, een taakstelling dus.
De totale ontwikkeling van het bedrijvenpark gaat op basis van deze cijfers dus maximaal €21,7 mln. euro kosten. Daar staat tegenover dat het gebied dan werkgelegenheid gaat leveren voor zo’n 2000 mensen, dat de gemeente tot in lengte van jaren inkomsten uit de OZB heeft en dat de bedrijven een forse bijdrage zullen leveren aan de stedelijke economie. Bovendien blijft er in het gebied nog 150 ha van de 180 ha groen beschikbaar.
Het stopzetten van het project is, na de globale becijfering ten tijde van het PRIl 2009, verder uitgewerkt op het moment dat er meer informatie beschikbaar kwam. Ambtelijk zijn hiervoor inmiddels 2 reële scenario’s gemaakt.
Beide scenario’s gaan er vanuit dat we onze afspraken met de volkstuinders in het gebied nakomen, maar volgens mij wil iedereen dat. Voor de 2e fase van de uitbreiding van het volkstuincomplex is nog 5,5 mln. euro nodig. Het verschil tussen de scenario’s zit vooral in de inschatting van het schadebedrag dat wij moeten vergoeden aan de grondeigenaren wanneer we de huidige bestemming van die gronden weer gaan ‘afwaarderen’ naar groen. In het gunstigste geval zullen de totale kosten dan oplopen tot 21,5 miljoen euro. In het ongunstigste geval zullen de totale kosten oplopen tot 30,8 miljoen euro. In beide situaties is rekening gehouden met de inkomsten voor verkoop van alle grond die de gemeente inmiddels in eigendom heeft aan bijvoorbeeld het Zuid-Hollands Landschap.
Tenslotte zal ik op korte termijn de resultaten van een studie naar nut en noodzaak van de ontwikkeling naar bedrijventerrein aan het college voorleggen. Ik zal daarbij voorstellen om deze informatie aan de gemeenteraad te sturen t.b.v. besluitvorming na de verkiezingen. Nog even wachten dus.
Beste wethouder Witteman,
U noemt in uw reactie bedragen voor de uitbreiding van het volkstuinencomplex.
Ik wil u er met klem op wijzen dat het hier GEEN uitbreiding betreft maar er sprake is van één op één compensatie van volkstuingronden.
Een aantal jaren geleden moest volkstuinvereniging Veldheim wijken voor de uitbreiding van begraafplaats Rhijnhof. Ook een aantal volkstuinen in de Oostvlietpolder moesten wijken voor de mogelijke aanleg van een bedrijventerrein.
De Leidse gemeenteraad heeft een aantal jaren geleden hiervoor krediet verleent (zoals afgelopen week voor de grondverwerving) om dit alles mogelijk te maken. Pas later is men de compensatie van de volkstuinen financieel ineens gaan koppelen aan de aanleg van een bedrijventerrein. Volstrekt onterecht en in strijd met het verleende krediet van de gemeenteraad!
De stukken en het door de raad verleende krediet zijn in ons bezit maar wij nemen aan dat u deze zelf in de archieven ook nog wel zult kunnen terugvinden.
Ik bemoei mij nooit met dit soort discussies , Ik vind het wel mooi om dit soort rubrieken te lezen.
Zo leerd een ongeschoolde oud wegenbouwer zoals ik toch nog iets , van hen die alles doen met hun hersens en niets met hun handen kunnen……….!