Gemeente wil 1,5 miljoen voor extern personeel RGL

Wethouder Hessing (verkeer) heeft de Gemeenteraad instemming gevraagd om vier externe krachten in te huren, die een belangrijke rol moeten gaan spelen in de voorbereiding van de aanleg van de RijnGouweLijn. Om deze specialistische krachten in te huren, moet de gemeente 1,5 miljoen euro neerleggen. De Raad had grote moeite met het voorstel, omdat de komst van de RijnGouweLijn nog niet geheel zeker is. Het Rijk heeft de benodigde honderden miljoenen euro’s namelijk nog niet officieel beschikbaar gesteld.

Mocht de RGL onverhoopt het levenslicht niet zien, dan zou de 1,5 miljoen euro verloren gaan, beredeneerden de meeste fracties. Wethouder Hessing legde uit dat het een noodzakelijk risico is.

“U heeft ingestemd met een groot, lastig en complex project. Er is veel voorbereiding nodig, voor er geld van het Rijk komt”, aldus Hessing. “Het is lastig om over zoveel geld te praten, zonder te weten hoe dit afloopt. Maar andersom: er komt geen goede afloop zonder een goede voorbereiding”.

Hessing zegt de vier mensen, die zo’n 150 euro per uur zouden gaan verdienen, nodig te hebben, omdat het specialisme dat zij hebben ontbreekt binnen de gemeente. Hij zei desgevraagd door de VVD geen verband te zien met het efficiency-beleid van de gemeente en was niet gevoelig voor het argument dat er in Leiden al zoveel bezuinigd wordt. De wethouder verzekerde de Raad ervan dat de vier mensen van levensbelang zijn om het “huiswerk voortvarend aan te pakken”. Wat Hessing betreft, kan er op de voorbereiding van de RGL niet bezuinigd worden, omdat de komst van de breedgewenste lightrailverbinding anders in gevaar komt.

De Raad is overigens niet gelukkig met het feit dat het oostelijk en het westelijk deel van de RijnGouweLijn procedureel gezien nu twee aparte trajecten zijn. Het Rijk beslist namelijk eerst of zij geld beschikbaar stelt voor het oostelijk deel van de RGL (van Gouda tot Leiden) en pas een jaar later over het westelijk deel (van Leiden tot aan de kust). De Raad zweert echter bij het motto ‘geen oost zonder west’. Dat zou kunnen betekenen dat men pas begint te werken aan het oostelijk deel, nadat het zeker is dat er ook voor het westelijk deel geld is – zelfs als er al een jaar geld beschikbaar is voor het oostelijk deel.

Aanstaande dinsdag nemen de fracties tijdens de Raadsvergadering een definitief besluit over de vier extra personeelsleden en de daaraan verbonden 1,5 miljoen euro. De verwachting is dat een meerderheid van de Raad de financiering zal steunen.